Ik begon met een hoekje om zelf eten te pakken toen F. een jaar of 2 was. Al eerder mocht hij zelf een snackje in een bakje doen of snijden en daarna opeten. Eerst aan het aanrecht met een krukje erbij, omdat het zusje net kon kruipen en het anders zou pakken. Daarna was er een tijdje geen snack corner, omdat S. ook op krukjes kon klimmen, maar nog niet klaar was om zelf eten te pakken. Inmiddels hebben ze samen een lage “paktafel” (zo noemen ze het) en zijn ze er heel blij mee. Ik deel in deze blog hoe je het aanpakt, wat je nodig hebt, wat de uitdagingen zijn en wat je in de potjes kunt doen.
Waarom zou je je kind zelf eten laten pakken tussendoor?
Ten eerste, omdat ik dat ook mag. Ik wil zoveel het kan gelijkwaardig zijn naar mijn kinderen. Waarom zou ik de hele tijd degene zijn die de eetmomenten bepaald?
Daarnaast willen kinderen, zeker van deze leeftijd, heel graag alles zelf beslissen en is er een behoefte aan autonomie ''zelf doen'' en ''zelf kiezen''. Dat hebben ze nodig en die vrijheid geeft hen ook rust en ruimte die ze anders op andere manieren proberen terug te krijgen. Bijvoorbeeld door op andere manieren controle uit te oefenen of tegen dingen in te gaan, om toch zelf inspraak te kunnen hebben. Dit is vrijheid binnen veilige grenzen en daardoor kunnen ze zich heerlijk ontwikkelen en zelf ervaren en bepalen. Geef ze die ruimte, zou ik zeggen.
Kinderen leren door zelf de hoeveelheid te bepalen, langzaam een inschatting maken van hoeveel ze gaan eten, waar ze trek in hebben of wanneer ze vol zitten en teveel hebben gepakt. Luisteren naar hun behoefte en gevoel.
Tot slot is het ook gewoon heel erg makkelijk voor jezelf. Ik word soms gek van de zin ''Ik heb honger!'' tussen de maaltijden door. Door deze hoek kan ik hen naar de optie van de ''paktafel'' verwijzen en vaak doen ze dat op zo'n moment ook. Soms eten we ook gewoon eerder, maar als dat nog niet klaar is of we net een eetmoment hebben gehad, dan vind ik het wel erg fijn en makkelijk. Kinderen kunnen prima zelf iets te eten en te drinken pakken voor zichzelf.
Hoe pak je het aan?
Begin klein, zoals ik vertelde, aan het aanrecht of aan een tafeltje. Samen iets bereiden en in een bakje doen. Zelf iets inschenken. Die oefeningen zijn belangrijk als je wilt dat het kindje het daarna zelf gaat doen. ''Leer mij het zelf te doen'' is een bekende zin die past bij Montessori. Doe alles stap voor stap en kijk wat je kindje nodig heeft om het te leren. Dit soort oefeningetjes kun je natuurlijk vanaf een maand of 15-18 wel gaan doen. Een keukenkrukje of learning tower kan daarbij fijn zijn.
Begin met de snacktafel wanneer jouw kindje daar klaar voor is (kan uitleg begrijpen, geen trajectory schema op volle toeren, rond de 18-24 maanden) Zorg voor 2-3 keuzes die gezond zijn en doe in het begin kleine laagjes in de pot. Zo kunnen ze zich niet overeten of overmatig veel pakken, wat ze sowieso in het begin wel een keer (of wat) gaan doen. Ook beperkt het de rommel die het kan geven. Het handige van de kleine laagjes in de pot is ook dat als het op is, ze niet vlak voor het avondeten nog heel veel kunnen pakken. Dit is voor beginners of hele jonge kinderen wel fijn. Want zoals ik al zei; stap voor stap. Als je kind het nog niet in de hand kan houden, laat hem dan doen wat hij al wel kan. Leer ze omgaan en genieten van wat lukt en voeg later uitdagingen toe, zoals een volle kan om te schenken (doseren), een doekje gebruiken na het knoeien, meer eten in de potjes, een klein kindermesje om de banaan te snijden etc. Begin niet meteen met alles erop en eraan.
Wat heb je nodig?
Zorg voor potjes die gemakkelijk open en dicht kunnen. Ik heb momenteel de weckpotjes open staan zonder rubbertje. Ze vallen dan losjes dicht. Mijn zoon van bijna 5 krijgt weckpotten wel open, maar mijn dochter van 2 nog niet. Dit werkt voor nu prima. Gebruik kannetjes die niet te groot of te zwaar zijn en bakjes, glaasjes en doekjes en een klein wasmandje. Gebruik zoveel mogelijk ''echte'' materialen zoals glas en steen, rvs of emaille. Je neemt je kind hiermee serieus, geeft ze een bepaalde verantwoordelijkheid en ze leren voorzichtig zijn met servies. Dit soort dingen kun je gemakkelijk vinden bij de kringloop of Dille en Kamille. Een klein tafeltje waar ze zelf aan kunnen gaan zitten om te eten of te drinken is ook handig. Met een bakje of glaasje in de hand een grote tafel op klimmen of op de bank gaan zitten, maakt de kans op kliederen namelijk erg groot.
Wat erin gaat?
Bananenchips, dipstokjes, rozijnen, stukjes komkommer, abrikozen, dadels, gedroogde mango of ananas, halve rijstwafels, gesneden druiven (of ander fruit wat niet snel bruin wordt), gepofte spelt, gepofte mais vingers, kleine crackertjes, toastjes, blokjes kaas etc. Je kunt ook een keer iets klaarleggen, zoals een dichte banaan en een mesje of een ei met de schil erom. Als ze dan trek hebben, kunnen ze er naartoe lopen en dit zelf bereiden.
Gaan ze dan niet helemaal los?
In het begin soms wel, maar daar gaat de lol vanzelf vanaf. Ik bespreek dit ook. Maar vaak laat een kind wat ze niet hoeven wel staan. Daar hebben we het dan ook even over: “Hé, er is nog veel over, wat zullen we daarmee doen? Hoe ga je dat de volgende keer doen?” Wij gooien dat soms terug in de pot, bewaren het voor een ander moment of ik doe het in een bakje voor als we die week weg gaan en ik iets mee wil nemen. Zo leert een kind ook zorgvuldig met voedsel omgaan en het niet zomaar te verspillen.
Wat als ze vragen om meer?
We hebben ongeveer vaste eetmomenten zoals ontbijt-vers fruit-lunch-groentesnack-avondeten. Dit is dus echt voor tussendoor. Eigenlijk vragen ze hier weinig om extra, maar anders kan ik altijd, zoals ik normaal ook doe, iets pakken. Ze weten dat op, op is. Als de abrikozen elke keer als eerste op zijn, is er alleen nog wat anders. En als ze er veel van eten, gaan we pas de week erna weer samen naar de markt. Daar leren ze ook weer van. Maak je kind dus ook gerust onderdeel van het boodschappen doen voor de snack corner. Kies samen het gedroogde fruit of de crackertjes uit in de supermarkt of vul het water voor die dag bij.
Soms is het wel zo dat de een alle ''lekkerste'' dingen op heeft gegeten. Dan pak ik nog wel iets voor de ander die misgegrepen heeft. Ik benoem dit wel even, zodat ze kunnen kijken of ze de volgende keer iets over kunnen laten voor de ander. Maar dat is nog wel moeilijk hier.
Wat als ze er mee gaan rommelen?
Stoffer en blik - op z’n montessori! Maar ik vind ook wel eens rozijntjes tussen speelgoed gepropt hoor. Als ze gaan rommelen, dan praten we daar over. Of ik bied een activiteit zoals kleien of de kikkererwten bak aan, want blijkbaar is er een behoefte die vervuld moet worden. Net als gooien: pittenzakjes of ballen bieden een goed alternatief! Mocht een kind er echt een bende van maken, dan kun je je ook afvragen of hij of zij er wel aan toe is of dat er andere behoeftes zijn die in de weg liggen. Daarbij is het natuurlijk ook een logisch gevolg dat de je als ouder de potten weg moet halen, wanneer het uit de hand blijft lopen. Leg dit rustig uit en niet als straf.
Zitten ze niet vol vlak voor de maaltijd?
Meestal niet, omdat er niet oneindig veel in zit. En ze weten wanneer we ongeveer de maaltijden en fruit&groente momentjes hebben. Omdat ik de potten niet helemaal vol doe, is het eigenlijk vaak aan het eind van de middag al grotendeels op wat er op de paktafel staat. Als ze ouder worden zal dit misschien anders gaan, maar voor nu heb ik er zo nog enige controle over en kunnen zij deze hoeveelheid verantwoordelijkheid samen goed aan.
Lijkt dit je een goed idee? Deel dan gerust jouw ''snack corner'' in je Instagram story en tag me even @leven.met.spikkels ! Ik vind het heel erg leuk om te zien hoe jullie het doen en wat het oplevert!
Comments